Dit heeft niets te maken met het feit dat ik Leo vanmiddag naar Kaapstad heb gebracht, en hij vanavond aan de terugreis naar Nederland begint. Integendeel, het was weer heel gezellig om familie hier te hebben. Maar het zijn een paar enerverende weken geweest.
We pakken de draad op een kleine drie weken geleden:
Leo arriveerde op vrijdag 10 augustus stipt op tijd in Kaapstad, en even na middernacht waren we terug in Robertson. Hij viel met zijn neus in de boter, of beter gezegd in de wijn, want dit weekend stond in het teken van de introductie van een nieuw wijnfestival. We hadden er al twee: het immens populaire Wacky Wine Weekend in juni, en eind oktober de Voedsel en Wijn Feesten. Daar is nu bijgekomen het Robertson Slow festival: de wijnboeren openen hun deuren voor een beperkte groep geïnteresseerden, vertellen over hun bedrijf, en geven de gelegenheid om aan te schuiven voor lunch of avondeten op de wijnboerderij. Wij hadden gereserveerd bij een van onze buren op Klaasvoogds, Kranskop (inmiddels één van onze favoriete lokale rode wijnen: de Merlot en Cabernet Sauvignon vinden wij erg lekker). Zaterdagmorgen om een uur of 11 werden we daar verwacht. Eerst kregen we een boerderij rondleiding. Nakkie Smit, de baas van het spul, vertelde zeer open over zijn bedrijf. Zo kwamen we langs een paar hectaren nectarines, en daar vertelde hij openlijk dat er aan die nectarines smaak nog kraak zat, maar ze zien er zo mooi en gezond uit, dat ze in de winkel grif van de plank gaan. Ook kregen we uitgebreid uitleg over hoe druiven gesnoeid worden, waarom druiven klein moeten blijven, welke druiven hij gebruikt voor zijn eigen wijn, en welke naar de coöperatie gaan. Eigenlijk kwam zijn hele jaarrekening tervoorschijn: wat kost de aanplant van een hectare druiven, wat ben je kwijt aan meststoffen/bestrijdingsmiddelen, lonen, etc.
Hier vertelt Nakkie over zijn passie.
We pakken de draad op een kleine drie weken geleden:
Leo arriveerde op vrijdag 10 augustus stipt op tijd in Kaapstad, en even na middernacht waren we terug in Robertson. Hij viel met zijn neus in de boter, of beter gezegd in de wijn, want dit weekend stond in het teken van de introductie van een nieuw wijnfestival. We hadden er al twee: het immens populaire Wacky Wine Weekend in juni, en eind oktober de Voedsel en Wijn Feesten. Daar is nu bijgekomen het Robertson Slow festival: de wijnboeren openen hun deuren voor een beperkte groep geïnteresseerden, vertellen over hun bedrijf, en geven de gelegenheid om aan te schuiven voor lunch of avondeten op de wijnboerderij. Wij hadden gereserveerd bij een van onze buren op Klaasvoogds, Kranskop (inmiddels één van onze favoriete lokale rode wijnen: de Merlot en Cabernet Sauvignon vinden wij erg lekker). Zaterdagmorgen om een uur of 11 werden we daar verwacht. Eerst kregen we een boerderij rondleiding. Nakkie Smit, de baas van het spul, vertelde zeer open over zijn bedrijf. Zo kwamen we langs een paar hectaren nectarines, en daar vertelde hij openlijk dat er aan die nectarines smaak nog kraak zat, maar ze zien er zo mooi en gezond uit, dat ze in de winkel grif van de plank gaan. Ook kregen we uitgebreid uitleg over hoe druiven gesnoeid worden, waarom druiven klein moeten blijven, welke druiven hij gebruikt voor zijn eigen wijn, en welke naar de coöperatie gaan. Eigenlijk kwam zijn hele jaarrekening tervoorschijn: wat kost de aanplant van een hectare druiven, wat ben je kwijt aan meststoffen/bestrijdingsmiddelen, lonen, etc.
Hier vertelt Nakkie over zijn passie.
Aandachtige toeschouwers, die nu precies weten hoe je druiven moet snoeien…
Op de achtergrond overigens de Kranskop, de berg waaraan de wijnboerderij zijn naam dankt, en waar een aantal vrienden (én Rita en ik) bovenop zijn geweest.
Na de rondleiding was het aanschuiven aan de lunch, in de wijnkelder. Heel speciaal, ongedwongen, lekker, en veel sociaal contact.
Maar ondertussen ontrolde er zich een ander drama. Vrijdagavond, net voor ik Leo op ging halen, had Mara haar eten overgegeven. Vrijdag nacht gaf ze nog een paar keer over, en toen we zaterdag middag terugkwamen van de Kranskop – tour, zagen we wel dat ze doodziek was. De dierenarts gebeld, en konden onmiddellijk terecht. Rita heeft haar daar naartoe gebracht, waar ze onmiddellijk aan een infuus werd gelegd. De dierenarts dacht aan een virus, wat ze misschien opgelopen had. Mara moest daar blijven. Zondag morgen gebeld, er was niet veel verandering, maar ze gingen de medicatie aanpassen. Zondagavond gebeld, en het ging veel beter met Mara. We moesten maandag maar even langs komen, om een plan te trekken. Wij naar het dierenhospitaal, mét riem, maar bij aankomst zagen we het al meteen, dit gaat niet goed. En inderdaad, zelfs water kon ze niet meer binnenhouden. In goed overleg met (en op aanraden van) de dierenarts is terplekke besloten om haar in te laten slapen. Hoe oud Mara is geworden weten we niet precies, maar waarschijnlijk zo rond de twaalf jaar.