We gaan nog even een paar weken terug in de tijd, naar 15 augustus. Leo was inmiddels helemaal ingewerkt als zaakwaarnemer, wij hadden onze koffers gepakt en begonnen aan onze 2e vakantie in drie jaar tijd. Maart 2006 was onze laatste vakantie, een (overigens zeer geslaagd) weekje Kaapstad. Nu hadden we 8 dagen de tijd om de hele boel de boel te laten, ons nieuwe vaderland verder te verkennen, uit te rusten, nieuwe ideeën op te doen, de accu op te laden, en ga zo nog maar even door. Die 15e augustus, de dag waarop we vertrokken, was mijn verjaardag, en daar hoort natuurlijk een cadeautje bij:
Dat is een wijnrek geworden. Dat is eigenlijk pas recentelijk als wens naar voren gekomen, het opslaan van wijn is ons (noot van redactie: mij) nooit zo goed gelukt… Maar we zijn inmiddels zover dat we (wat ons betreft, het blijft natuurlijk erg persoonlijk) hier in de streek een paar wijnen gevonden hebben die ons erg aanspreken.Wat ligt er zoal in: is een beetje moeilijk uit te leggen, omdat wijn hier een belangrijke rol speelt in de economie van de streek. Net als in Nederland brengt bezoek vaak een flesje wijn mee. Maar dan wordt er wel een sport van gemaakt om met iets aan te komen wat niet voorop in de supermarkt staat, maar iets wat je nog niet kent. Dus we hebben één etage (de derde) van het wijnrek ingeruimd voor ‘krijgertjes’, klinkt heel oneerbiedig, maar dat is het absoluut niet. Vaak zijn het bijzondere wijnen, met een verhaal, voor een bijzondere avond.
De bovenste twee etages zijn gevuld met wijnen die we onze gasten aanbieden bij aankomst. En voor de rest de wijnen die we zelf erg lekker vinden:
- Om iets te vieren: Bon Courage Blush;
- Wit: wat je maar te pakken kunt krijgen van Springfield;
- Rood: wisselt nogal, momenteel is Kranskop onze favoriet.
Het leuke is dat deze wijnboerderijen zich allemaal in de directe omgeving (minder dan 5 kilometer van ons) bevinden. Wij kopen dus in de meeste gevallen direct van de producent.
Maar we dwalen af. Vakantie. In overleg hadden we het plan opgepakt om via Graaff Reinet naar de Wild Coast te rijden, en vervolgens via de Tuinroute weer terug naar Robertson. Woensdag 15 Augustus vertrokken we richting Graaff Reinet. En dat betekent dat je binnen 2 uur in de Karoo komt, een onbekend stuk Zuid Afrika, waar niks is, waar je niemand tegenkomt, en wat tegelijkertijd een bepaalde serene sfeer oproept. Hier ergens is prinses Irene met iets bezig. “Het land terug geven aan Afrika,” herinner ik me van een tv-programma van Paul Rosemuller. De rit was van één kant heel saai, uitgestrekte vlakten, geen medeweggebruikers, geen tekens van leven, maar daardoor ook weer zeer indrukwekkend.
Graaff Reinet is een plaatje. Het is de 4e oudste stad van Zuid Afrika, gesticht door ene van der Graaf, getrouwd met ene Reinet. Met name de dorpskern bestaat geheel uit schitterende huizen in Kaaps-Hollandsche stijl:
Wij proberen zoveel mogelijk twee nachten op dezelfde plaats te blijven. De theorie hierachter is simpel: als je één plek geïdentificeerd hebt als interessant, dan moet je zorgen dat je ’s avonds daarvoor daar bent. En dan moet je niet de volgende dag naar de volgende plek racen. Wij nemen een dag om de plek te bekijken en sfeer op te nemen, en daags daarna gaan we weer verder. De dag dat we in Graaff Reinet waren hebben we eerst de historische dorpskern bezocht (getuige de vorige foto’s), vervolgens gingen we naar de Valley of Desolation, buitengewoon indrukwekkend qua natuur en landschap.
Daarna nog even door het lokale natuurpark, waar we bijna alles zagen behalve ‘the big five: leeuw, luipaard, giraf, olifant en neushoorn. En die horen (met uitzondering van het luipaard) hier eigenlijk ook niet thuis. Maar voor de rest hebben we erg veel wild gezien.
Vrijdag de 17e zijn we naar Wild Coast gereden, de kuststrook van het voormalige Transkei.
Hier steken we per pont de Keirivier over. In ‘the middle of nowhere’ ligt daar een beach resort (voor Zuid Afrikaanse begrippen dan, eigenlijk meer de vergane glorie van een familie-hotel) aan de mond van de Quoloro rivier. Ook daar twee nachten gebleven, waardoor we zaterdag in de gelegenheid waren om de natuur ter verkennen. Met een groepje hebben we onder begeleiding eerst per boot en vervolgens te voet de rivier gevolgd.
Op zondag zijn we een paar honderd kilometer zuidelijker neergestreken, in Port Alfred, aan de Sunshine Coast ergens tussen East London en Port Elizabeth.
Hier zijn we maar een nacht gebleven, en dat kwam omdat we in de plek die we uitgezocht hadden om te overnachten, maar één nacht konden blijven, de volgende nacht waren ze volgeboekt. Op maandag zijn we teruggereden langs de kust naar Plettenberg Baai, waar we weer twee nachten zijn gebleven. Veel walvissen gezien, en mooi weer gehad, tot woensdag morgen, toen was er zware bewolking.
Voor de rest hebben we alleen maar mooi en zonnig weer gehad tijdens onze wintervakantie.